Voeding en de ziekte van Parkinson


Diverse UMCG-onderzoekers olv Iris Sommer krijgen €1 mln van Hersenstichting. Zij gaan onderzoeken hoe de darmen ingezet kunnen worden in de strijd tegen hersenaandoeningen.

Parkinson en voeding Themadossier

Bij de ziekte van Parkinson kan het eten en drinken op den duur moeizamer gaan. Er kunnen klachten ontstaan zoals verminderde eetlust, kauw- en slikproblemen, misselijkheid, obstipatie (verstopping) en gewichtsverlies. Door te letten op uw voeding kunnen deze klachten worden verminderd.



Er zijn verschillende problemen die kunnen optreden bij de ziekte van Parkinson, waarbij voeding een rol speelt. Zo komen ongewenste gewichtstoename of -afname, obstipatie, vertraagde maaglediging, misselijkheid en responsfluctuaties (wisselende werking van medicatie) door eiwit in voeding voor. ParkinsonNet, het kennisnetwerk rondom de ziekte van Parkinson vanuit het Radboudziekenhuis in Nijmegen, heeft een document gemaakt waarin alle problemen rondom voeding bij de ziekte van Parkinson staan beschreven, met de belangrijkste adviezen. Deze is te vinden op de website van ParkinsonNet: Richtlijn diëtetiek voor mensen met parkinson

Dit document is een vereenvoudigde versie van de richtijn voeding bij de ziekte van Parkinson en is bedoeld voor mensen met parkinson, partners en verzorgers. Het is een aanvulling op de multidisciplinaire richtlijn voor mensen met de ziekte van Parkinson. In dit document worden de belangrijkste problemen besproken die te maken hebben met voeding. Er wordt besproken wat u zelf kunt doen en welke stappen de huisarts, neuroloog of Parkinsonverpleegkundige neemt bij de behandeling van het probleem.

Obstipatie en vertraagde maaglediging zijn de meest voorkomende maag-darmklachten bij de ziekte van Parkinson. Beide problemen veroorzaken pijn en ongemak en kunnen zorgen voor een verminderde/vertraagde opname en werking van de medicatie. Vertraagde maaglediging wordt door de neuroloog behandeld. Obstipatie kan voor een deel worden behandeld met voedings- en leefstijladviezen. Een vezelrijke voeding, voldoende vocht en voldoende lichaamsbeweging zijn belangrijk.


Vraag en antwoord
Parkinson op Maat Parkinson & Darmflora

Jeffrey Boertien, onderzoeker aan het Universitair Medisch Centrum Groningen, beantwoordt 6 vragen over parkinson en de darmflora.

  • Hoe is het idee ontstaan dat de darmflora mogelijk invloed heeft op de ziekte van Parkinson?
  • Wat voor invloed heeft de darmflora op de ziekte van Parkinson?
  • Is er onderzoek gedaan naar de darmflora van mensen met de ziekte van Parkinson?
  • Is er een behandeling, gericht op de darmflora, die de ziekte van Parkinson kan voorkomen of genezen?
  • Is er een bepaald dieet dat goed is voor mensen met parkinson?
  • Is er een relatie tussen de blinde darm en de ziekte van Parkinson?

Kijk hier de Parkinson op Maat Parkinson & Darmflora uitzendingen.


Obstipatie (constipatie, verstopping)
Je hebt obstipatie wanneer je minder dan 3 keer per week moet poepen. De ontlasting is dan vaak droog en hard. Andere woorden voor obstipatie zijn verstopping of constipatie.

Bij obstipatie helpt het om: veel vezels te eten, genoeg  te drinken, elke dag te bewegen je poep niet op te houden als je aandrang voelt en om op regelmatige tijden te eten.

Laxeermiddelen helpen niet om de oorzaak weg te nemen van verstopping. Voor het gebruik van laxeermiddelen en bij lang aanhoudende verstopping raden we aan om naar de huisarts te gaan.

Kijk voor meer informatie op Voedingscentrum


Parkinson TV


Hoe krijg ik voldoende vezels binnen?
Voedingsvezels (vezels) zijn belangrijke stoffen voor een gezonde spijsvertering. Ze dragen ook bij aan een verzadigd gevoel na het eten. En ze verminderen het risico op hart- en vaatziekten, diabetes type 2 en kanker.

Er zijn verschillende typen vezels met allemaal andere eigenschappen. Voor volwassenen geldt het advies om zo’n 30 tot 40 gram voedingsvezels per dag binnen te krijgen.

Kijk voor meer informatie en tips over vezels op Voedingswijzer


Vezels zitten in groente, fruit, aardappels, volkoren graanproducten, peulvruchten en noten. Je kunt extra vezels toevoegen aan Italiaanse gerechten door extra groente te gebruiken (combineer bijvoorbeeld een pasta met een salade en gegrilde groente), bij pasta te kiezen voor een volkoren variant, en een dessert te kiezen met fruit.

Lactose-intolerantie en coeliakie (glutenintolerantie) zijn niet specifiek voor de ziekte van Parkinson. Wel is het extra vervelend, als dit aanwezig is bovenop de symptomen van de ziekte van Parkinson. Het is belangrijk om goed na te gaan of er daadwerkelijk sprake is van een intolerantie, zodat productgroepen die belangrijke voedingsstoffen leveren niet onnodig worden vermeden. De diëtist kan hierbij helpen.


Lactose-intolerantie

Lactose is een suiker die in melkproducten voorkomt, daarom heet het ook wel melksuiker. Lactose zit in melk van zoogdieren.

Sommige mensen kunnen lactose niet of niet volledig verteren. Als dat bij het gebruik van de aanbevolen hoeveelheden melk(producten) klachten geeft, is er sprake van lactose-intolerantie. Een lactosebeperkte voeding is meestal voldoende om klachten te voorkomen. Hoeveel lactose wordt verdragen, is per persoon verschillend en kan ook per moment verschillen.

De meeste mensen met een lactose-intolerantie verdragen een hoeveelheid lactose die gelijkstaat aan 1 glas melk.

Na een infectie of ziekteperiode wordt soms tijdelijk minder lactose verdragen.

Lactose komt vooral voor in de volgende melkproducten: 

  • melk en karnemelk
  • chocolademelk, yoghurtdrink en fruitzuiveldranken zoals Rivella en Taksi 
  • geitenmelk, schapenmelk, paardenmelk en ezelinnenmelk , buffelmelk
  • zachte geiten- en schapenkaas
  • smeltkaas, smeerkaas, zachte buitenlandse kaas, verse kaas en Hüttenkäse 
  • yoghurt, kwark en kefir
  • vla, pap, pudding en mousse
  • slagroom, zure room en crème fraîche 

Lactose komt ook voor in producten waarin melk, melkpoeder of bepaalde bestanddelen uit melk zijn verwerkt. Dit staat vermeld bij de ingrediënten op de verpakking.

Op een etiket staan aanduidingen van lactose dikgedrukt, in hoofdletters of schuingedrukt.

Naast bovenstaande benamingen van producten kan er ook worden gelet op de volgende benamingen: melksuiker, wei(poeder), wrongel, lactoserum, botermelk, (karne)melkpoeder, umer, room, boter(poeder), ghee, melkbestanddelen.
In harde kaas, zoals Goudse kaas, zit geen lactose. Dit komt doordat de lactose tijdens de rijping van de kaas volledig wordt afgebroken.

Bron: Voedingscentrum Wil je direct iets opzoeken op Voedingswijzer? Klik dan hier


Coeliakie

Gluten is een eiwit dat van nature voorkomt tarwe, rogge, gerst, spelt en kamut. Haver is van nature glutenvrij maar is vaak besmet met gluten. Gluten zit in producten gemaakt van bepaalde granen en zijn bijvoorbeeld goed voor het rijsproces van een graanproduct. Ook worden gluten vaak als bindmiddel gebruikt.

Gluten zijn niet schadelijk of slecht voor je gezondheid, behalve als je coeliakie hebt.

Coeliakie is een auto-imuunziekte die ervoor zorgt dat gluten niet verdragen worden. Het lichaam ziet gluten als gevaar en als reactie hierop maakt het lichaam antistoffen aan die de eigen darmcellen aanvallen. Dit zorgt weer voor een ontstekingsreactie in de darmen waardoor de darmen beschadigd kunnen raken en de persoon in kwestie erg ziek wordt. De tolerantie voor gluten ligt bij coeliakie erg laag maar is bij iedereen verschillend. Sommige mensen met coeliakie kunnen bij een kruimel al klachten krijgen, daarom is het volgen van een strikt glutenvrij dieet noodzakelijk.

Gluten komen vooral voor in de volgende producten:

  • Granen: Tarwe, rogge, gerst (gort), spelt, khorasan tarwe, couscous, bulgur, griesmeel
  • Graanproducten: alle soorten normaal brood, beschuit, crackers, ontbijtgranen, gebak, koek, pasta, noedels, vermicelli, pizza.
  • Meel: meel van tarwe, rogge, gerst, spelt (zoals witte bloem, zelfrijzend bakmeel, bakmixen).
  • Groenten: Groenten en fruit in beslag, paneermeel en bloem.
  • Vlees en vis: Gepaneerd of met meel bestrooid vlees, kip, vis.  
  • Dranken: bier, sommige ontbijtdranken.

Sommige producten bevatten mogelijk gluten:

  • Granen: haver en producten gemaakt van haver.
  • Meel: meelsoorten zonder glutenvrij logo.
  • Vlees en vis: bewerkt of gemarineerd, vleeswaren.
  • Zuivel: zuivelproducten met toevoegingen zoals vla, smeerkaas, buitenlandse kazen.
  • Overig: saus, soep, bouillon, jus, worst, gehakt, chips en snoep, vegetarische vervangers.

Op een etiket staan aanduidingen van gluten dikgedrukt, schuingedrukt of in hoofdletters.

Glutenbevattende producten kunnen vaak worden vervangen door soortgelijke glutenvrije producten. Glutenvrije pasta kan bijvoorbeeld o.a. worden gekocht bij Pastakoopje.nl

Een glutenvrij dieet bestaat niet alleen uit het vermijden van glutenbevattende producten. Er moet ook aandacht zijn voor mogelijke kruisbesmetting met voorwerpen of producten die eerder in aanraking zijn geweest met gluten, omdat iedere kruimel mogelijk kan zorgen voor klachten. Zo mag je bij het smeren van een glutenvrije boterham nooit een kuipje boter gebruiken die al eerder is gebruikt voor het besmeren van een glutenbevattende boterham, omdat de kans groot is dat daar nog kruimels in zaten. Ook mag een glutenvrije kroket niet worden gebakken in een frituur waar eerder een normale kroket is in gebakken.

Hygiëne is een belangrijk aspect van het glutenvrije dieet. Kook dus in een schone keuken, met schone voorwerpen en gebruik het liefst alleen producten die nieuw zijn of waarvan je zeker bent dat ze nog niet in aanraking zijn geweest met gluten.

Bronnen:

Maagleverdarmstichting

Nederlandse coeliakie vereniging

Voedingscentrum



Intoleranties en de recepten

Diëtisten stellen zich voor

%d bloggers liken dit: